Zo hoorde ik iemand iets vertellen over een zeurderig familielid. Het is ook eigenlijk nooit goed! "Nou, dan heb ook écht zoiets van… jaaah… weetje… hè?"
Ik had werkelijk geen flauw idee en moest ook de neiging onderdrukken te roepen: "Nee, ik weet het niet. Geen nótie!"
'Zoiets hebben van' is op zich al raar Nederlands. Dat is het kind dat gedachten, gevoelens en gesprek verhaspelt. Maar na dat 'zoiets van' komt dan dat iets te lang aangehouden, haast uitgezuchte 'jaaah' (met drie a's). Een keelklank van de opperste irritatieplank!
Vervolgens wordt het totaal uitgeholde 'weetje' ingevoegd. Een 'weetje' is eigenlijk een triviantje. Of een mop: weetje wat het verschil is tussen… Echter, dit weetje is een lo(o)s stopwoord, youknow?
Je vermoed eigenlijk dat de luisteraar allang is afgehaakt. Maar hoor, hij wordt er weer met zijn volle aandacht bijgehaald met het 'hè?'. Wat verbaasd kijkt hij rond: Huh? Heb ik wat gemist? Moet ik antwoord geven op iets?
Welnee! Gewoon begripvol knikken. Beetje lacherig grijnzen en sssss-klanken maken. 't Is toch wat?! Nou inderdaad! Dan zou ik ook zoiets hebben van: pffff… weetje? Nou!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten