Een term die tegenwoordig in zakelijke gesprekken nogal eens klinkt is 'in de basis'. Dat is een geliefde uitdrukking van vooral voetbalminners. Zo laat je zelfs in je zakelijk taalgebruik merken dat je er wel écht verstand van hebt. In de basis staan niet bekende voetbalgoden, maar daar staat tegenwoordig een papiersoort, een bedrijfsuiting, een grof ontwerp, een … nou ja noem maar op. Het is de bodem waarop er in de loop van het gesprek zóveel wordt gebouwd dat die 'basis' nauwelijks meer herkenbaar is.
'In de basis' is ook een heel bruggenbouw-achtige uitdrukking. Iemand doet gaandeweg het gesprek een suggestie of zelfs een dwingende eigen inbreng. "Ja in de basis kunnen we dat zo stellen" en vervolgens wordt er toch nog zoveel van die ander opgebouwd dat de gespreksleider uiteindelijk helemaal zijn zin krijgt, maar elke medespeler tevreden is omdat zijn of haar zegje er wel ergens in verweven zit. Meestal in de basis.
Basis is eigenlijk fundament. Ik heb nog nooit iemand horen zeggen, terwijl een prachtige villa werd bewonderd: ik heb het fundament gelegd of de palen de grond in gejast. Nee, de bewondering geldt enkel het object OP die basis: het huis.
We leven in een tamelijk zieke maatschappij, waarin niemand voor een ander wil onderdoen. Ieder heeft zijn prestige-projectje. Kijk maar naar diverse ministers en staatssecretarissen. Een plan moet koste-wat-het-kost doorgaan, want je naam is er immers mee gemoeid. En wordt het plan totaal omgevormd, door de nare inbreng van net even belangrijker individuen, dan kunnen we in ieder geval zeggen dat wij aan de wieg stonden van dat geweldige project. Het was eigenlijk óns plan. In de basis dan, weliswaar.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten